Vlees voor Arm of Rijk?
Het thema van de Maand van de Geschiedenis is Arm en Rijk. Nou kijken we al decennia naar die verschillen, en zeker wat betreft het eten is daar al veel over geschreven en gezegd. Het was ook één van de uitgangspunten voor mijn boek Twintig Eeuwen Koken en Eten (1997). Wat was het verschil tussen de arme en de rijke keuken. Ook kwam het thema terug bij één van de uitzendingen van Verre Verwanten, al weer in 2004. Dat ging over het eten van vlees. Aten we vroeger nou relatief veel of weinig vlees, en wie aten dat dan. Henk Schiffmacher was de Bekende Nederlander in het programma. Hij komt uit een slagersfamilie. Er moest een vraag beantwoord worden: at de Nederlander per hoofd van de bevolking nou meer vlees in de Middeleeuwen of aan het begin van de 19e eeuw.
Dit was het antwoord dat de redactie bij elkaar zocht:
De Late Middeleeuwen. Nederland is nog maar dun bevolkt. Er is voldoende grasland om kuddes koeien te laten grazen. Per hoofd van de bevolking at men toen ongeveer 100 kilo vlees per jaar. Arme mensen aten weinig tot geen vlees, rijke mensen dus heel veel.
Aan het begin van de 19e eeuw woonden hier veel meer mensen. De vleesconsumptie was gedaald naar 16 kilo per jaar. In 2004 is dat 80 kilo vlees volgens het CBS. Dat is dan niet het consumptievlees, maar het slachtvlees. Is nu een paar kilo meer. Op ons bord komt ongeveer de helft daarvan. Rijke mensen eten nu meestal minder maar duurder vlees dan ‘arme’ mensen. Het niet eten of weinig eten van vlees is nu geen teken van armoede meer, maar juist van sociaal bewust zijn. De flexitariërs hebben hun intrede gedaan in de consumptiemaatschappij. Hier een flexitarisch recept:
fijngesneden aardappelen, ruim een liter kippenbouillon getrokken van het karkas van de braadkip, bekertje room, eetlepel mosterd,
bieslook
pan, voeg de uien toe en laat ze zachtjes stoven tot ze heel zacht en goudgeel zijn. Doe er de venkel en
aardappelstukjes bij en roer het geheel goed om.
en breng het geheel aan de kook. Laat dit met de deksel op de pan een half uurtje zacht pruttelen. Vergeet niet af en toe te roeren!
vuur en laat de soep wat afkoelen. Pureer de soep dan tot een gladde massa en
doe hem terug in de pan. Breng de soep
voorzichtig tot net aan de kook
room door en zout en peper naar smaak. De soep mag niet meer aan de kook raken. Dien de soep op
in individuele borden of in kommen op en strooi er wat bieslooksnippers en
bieslookbloemen over.