Warme appel
We eten niet genoeg fruit, houden voedingscentra ons voor. Nou, hier in huis gaat die vlieger niet op. We hebben altijd een volle schaal fruit, die om de andere dag dient te worden aangevuld, omdat er dan het meeste al weer van afgegraasd is. Waar andere mensen naar de gevulde koeken grijpen, snaaien wij een appeltje, een banaan, wat noten of een trosje druiven, of een paar mandarijntjes. Het hangt van het seizoen af. Het meest fruit gaat dus rauw naar binnen. Gewoon, omdat we het zo het lekkerste vinden. Heel soms gaat het in een gerecht, bijvoorbeeld door de sla, of in de roedjak, of in een nagerecht, of bijgerecht.
Bij de Sligro stonden kistjes schaam-aardbeien. Decoratief, dat wel. En om hun fraaie uiterlijk zou je er bijna voor bezwijken. Maar het kostte dit maal geen moeite om ons te beheersen. Niet zo zeer de prijs, met zes euro niets te veel. Maar het seizoen. Ik wil aardbeien kunnen ruiken. Eigenlijk wil ik dat al het fruit vooral naar zichzelf ruikt. Je wilt ook een beetje de grond kunnen ruiken waarin het fruit groeide, de zon proeven die er op scheen en de lucht die het fruit tijdens de groei inademde. En dan kom je met zo’n buitenlands kistje niet ver. Voor zacht fruit moeten we gewoon nog even een paar maanden geduld hebben.
Goudrenetten werden het dus, om te beginnen. Om te bakken en te stoven. Rolpens en bloedworst met een schijf gebakken appel er op is heerlijk. Maar dit maal dacht ik aan de eend met zuurkool, die meer dan één dag op tafel zou komen wegens veel en praktisch. Nou ben ik niet zo dol op appel in de zuurkool, maar eend met appel kunnen we wel waarderen. Ook niets mis met de combinatie spek en appel. Eeuwenoud succesnummer.
De tweede avond legde ik voor de afwisseling een schijf goudrenet op de plakken spek bovenop de zuurkool. Scheutje witte wijn erop om het verkleuren tegen te gaan. Paar peperkorreltjes erbij. Deksel op de pan, de oven in en laten garen. Het beviel.