Vlecht!
Via via kwam er een vraag binnen over gevlochten brood. Heel specifiek, dus dan krijg ik de behoefte om eerst eens naar het verschijnsel op zich te kijken. Waarom vlechten wij deeg? Deeg is na klei en vóór de uitvinding van dragant (suiker met gom) het meest kneedbare en plastische materiaal dat de mens heeft uitgevonden. Brood is op zich al een wonder van techniek, zeker als daar eenmaal gist aan is toegevoegd.
Duik je de literatuur in, dan struikel je bij vlechtbroden over referenties aan vrouwenoffers, vruchtbaarheidssymbolen en meer van dat soort oncontroleerbare folklore. Wat niet zeggen wil dat er een element van waarheid in kan zitten. Maar dan graag zonder de dramatiek, als het aan mij ligt. Een paar vormen kun je onderscheiden: de eenvoudige vlecht (enkel- of dubbelvoudig), zoals het zopf brot uit Zwitserland of Bohemen, de Joodse challah, of het Zweedse gevlochten brood, de combinatievlecht, vaak gebruikt in een hoorn van overvloed, en de fantasievlecht in allerhande pretbroodjes.
Met deeg kun je nu eenmaal leuk knutselen en de behoefte van de mens om dingen te verfraaien komt met het maken van brood, koeken en koekjes geheel tot z’n recht. Vruchtbaarheidssymbolen blijken bij uitstek favoriet, te beginnen bij de krakeling. En speciale gelegenheden als Pasen bij uitstek geschikt om ze te nuttigen. De diepere (mystieke) betekenis achter de knopen en vlechten in het brood ontgaat ons nu, maar heil en zegen zou het moeten brengen. Vandaar die hoorn van overvloed. Of zo’n mannetje en vrouwtje. Typische voorbeelden van pretbroodjes met een vruchtbaarheidsdoel.