Tomaat zonder fabeltjes
Heel wat blogs wijdde ik de afgelopen vijf jaar aan de tomaat, de tomaatgeschiedenis en de oude recepten. De moeizame culinaire start. Het bijgeloof er om heen. Dat ze geen voedingswaarde zouden hebben. Dat je er beter een papje van kon maken om schurftige plekken mee te behandelen. En dan hoor je gisteren het verhaal dat preciezen onder de ‘oerdissers’ tomatenmijders zijn. Maar het argument erachter begrijp ik niet. De preciezen mijden alle nachtschaden, in feite. Die worden al sinds mensenheugenis met argwaan bekeken. En ja, dat klopt, er zijn ‘giftige’ nachtschaden, zoals de belladonna en de mandragora.
Maar wat kan er mis zijn met een tomaat? Even een tabel in plaats van een fabel.
Een tomaat bestaat – volgens het boekje – uit 95 procent water en 5 procent vaste stof. . Waarmee het een prima dorstlesser is. Verder zit er glucose en fructose in, zuurtjes en mineraalzouten, caroteen (Beta en provitamine A) en vitamine C (20 mg), B 3,5,6,9, K en E.
De tomaat behoort tot de anti-oxydante top-voedingsmiddelen volgens dr. Serge Rafal, Per 100 gram bevat hij 20 calorieën, 3 gram suiker, een gram proténine en redelijk rijk aan kalium (230 mg), een beetje zink, (0,2 mg). Veel beta-caroteen dus (600mcg) en licopenen. Rafal acht de tomaat met hoofdletters onmisbaar in een gezond voedingspatroon. En ja, zoals bij de meeste voedingsmiddelen, er zijn mensen die er allergisch voor zijn en uitslag krijgen. Gelukkig hebben wij daar geen last van hier in huis. Dus bij ons oerdismenu ontbreekt de tomaat niet.
De tomaat heeft zijn wortels in Mexico. Dee eerste beschrijving stamt uit 1544, waarbij er gesproken wordt over een plant met ‘afgeplat fruit, met ribbels, met een goudgele of rode kleur, die sommige mensen bakken in olie met zout en peper, zoals aubergine en champignons.’ Het zou me niet verbazen als ze samen met de aubergines en champignons werden gebakken. Dat gaan we maar eens doen voor de lunch vandaag. Het mag van 1544.
Dit zou elke Paleo-fundamentalist moeten lezen! 😉