Sinaasappel
Goed, ben dus aan het ploeteren met de appeltjes van oranje. Geen suiker in huis, gewoonweg geen pak in de kelder te vinden. Suikerklontjes, maar dat is niet handig. Het laatste beetje uit de suikerpot heb ik over het korrelige vruchtvlees van de gesloopte sinaasappel verdeeld en omgeschept. Dat is heel lekker. Straks dus eerst maar eens naar de winkel om fijne biologische rietsuiker te scoren. Bietsuiker in dit soort experimenten is onzin als je vóór pakweg 1850 zit.
In een 18e eeuws kookschrift kom ik tal van sinaasappelrecepten tegen. Daarbij veel instructies over eerst in regenwater weken, en dat regenwater moet je dan ook nog eens een keer of vier verversen. Dat zal vanwege het bittertje zijn. In één geval gaat het om het binnenwerk van de sinaasappel. Het schilletje moet er heel dun afgesneden zijn. Daar gaat wat anders mee gebeuren. De rest van de sinaasappels wordt gehalveerd, ontpit en in suikerwater gekookt tot ze zacht en gaar zijn. Eetbaar zijn ze dan in ieder geval. Maar spannend lijkt het me niet echt. Daar moet toch een sausje bij? Staat niets over. Mmmm. Ik zie dat ik nog heel wat met oude sinaasappeltjes moet experimenteren.