Gouden Ei
Hoe ging het verhaal ook al weer? Iedere ochtend gaat een arme boer naar het nest van zijn gans om eieren te rapen voor zijn ontbijt. Die ene ochtend ontdekt hij een prachtig ei van goud tussen de eieren. Hij gelooft zijn ogen eerst niet, maar het is echt een gouden ei. Verheugd neemt hij het mee naar huis. Eten kun je het niet, maar je kunt het wel ruilen voor voedsel en kleding. Ook de volgende dag ligt er weer een gouden ei in het nest. En zo gaat het door. De boer wordt rijk, heel erg rijk. Maar dan blijkt dat rijkdom iets met een mens doet: de boer wil als maar rijker worden en hij wordt erg ongeduldig bij het vergaren van zijn rijkdom. Eén ei per dag is niet genoeg. Hij wil ze allemaal en wel nú! Wat doe je dan? Je slacht de gans om te ontdekken dat die niet vol met gouden eieren zit. Dan heb je dus dubbel pech: nooit meer gouden eieren en je lieve gans is dood. Wellicht heeft de boer die dan toch maar opgegeten. Moraal van het verhaal: mensen die snel rijk willen worden nemen vaak niet van die slimme beslissingen. Van veel geld word je niet automatisch slim. En als je een gans hebt die gouden eieren legt (in welke overdrachtelijke zin dan ook): count your blessings.
In ons land doen we het een beetje andersom: we hebben veel wilde ganzen, een beetje te veel. Maar een handjevol mensen raapt de eieren, een probaat middel tegen overbeganzing.
Ergens in de loop van de geschiedenis is de gans uit de fabel van Aesopos in een kip veranderd. Wellicht omdat we hier in ons land weinig ganzen fokken, maar wel heel veel kippen.
Bij de uitreiking van de Zilveren Ui vorige week maandag kregen we in het Waldorf een hapje in een Gouden Ei. Mooi grapje.
Geen gouden ei op voorraad? Een gouden omelet of roerei maak je in een handomdraai, met kaas en kerrie.