Gestoofde Aubergines
Nog zo’n recept dat het niet gehaald heeft voor de lunch van morgen in Kasteel Groeneveld: gestoofde aubergines. Heerlijk, maar paste niet in het verhaal. Vooral omdat ik er maar niet achter kom wie de Missak is aan die het gerecht is opgedragen, of van wiens hand het oorspronkelijk is. De enige Missak die de naslagwerken heeft gehaald is Missak Manouchian, een Armeense, naar Frankrijk geĆ«migreerde verzetsstrijder die in 1944 met zijn verzetsgroep is gefusilleerd. Dichter was hij ook en Armeens nationalist. Daar kan qua datering dit gerecht al niet naar vernoemd zijn. Maar het zou wel mooi zijn als het zo was geweest.
Merkwaardigerwijs lijkt het gerecht erg op een studentenrecept dat wij vroeger vaak maakten in Leiden, maar ook nog daarna. Op de vleesjus na, want die hadden we dus niet. Zonder was het ook heel lekker en we bakten ze gewoon in de pan. Als avondmaal. Niks lunchgerecht dus.
Volgens het grote kookboek uit het begin van de 20ste eeuw zijn aubergines vooral van Oktober tot Mei goed te verkrijgen. Wij boffen met verkrijgbaarheid het jaar rond. Hier mijn hertaling:
Aubergines Ć la Missak
Snijd vier violetkleurige aubergines aan ronde schijfjes en bak deze daarna in een friture van olijfolie. Als ze gaar zijn laat men ze op een doek uitlekken en bestrooit men ze met wat zout en peterselie. Pel en snijd daarna vier tot zes grote tomaten aan schijven.
Beboter een ovenschaal en leg daar een laagje aubergines in. Strooi daarop wat geraspte kaas en leg daarop een laagje tomatenplakjes. Ga zo door tot alle aubergine en tomaten gebruikt zijn. Bovenop strooi je weer geraspte kaas en desgewenst ook wat paneermeel. Giet er een lepel jus over en nog wat olijfolie. Plaats in een lauwe oven en laat een uur zacht stoven.