Een uitgebreid diner voor Jacobus, of liever James II
Een kroning dient gepaard te gaan met een serieus feest voor alle lieden van wie je tijdens je regering medewerking en erkenning verwacht. Zo ook voor Jacobus II 23 april 1685, in Westminster Hall in Londen. De Rooms-katholieke James erfde de troon van zijn broer Karel II. Lang heeft hij overigens niet op de troon gezeten, want na de geboorte van zijn zoon in 1688 kwam zijn Anglicaanse dochter Mary – de echtgenote van ‘onze’ stadhouder Willem III – in het vizier. Op een katholieke dynastie zat een groot deel van Engeland, Schotland en Ierland niet te wachten. Een burgeroorlog kon voorkomen worden door hem af te zetten en de opvolging door William & Mary ging met weinig bloedvergieten gepaard. Maar dan lopen we vooruit op de geschiedenis. Nu prikken we denkbeeldig een vorkje mee met James en zijn gasten.
Voor dit kroningsmaal kwamen maar liefst 1145 schotels op tafel. Op de plaatjes zie je zo’n beetje hoe dat er uit zag. Achter de aanzittenden staan lakeien die drankjes en dergelijke aandragen. Maar de rijkdom en welvaart staat op tafel uitgestald. Al deze kennis is te danken aan Francis Sandford die twee jaar na dato een boek uitgaf over de hele ceremonie. Inclusief het diner dus. Niet iedereen kreeg hetzelfde. Wanneer er 8 ortolanen vermeld staan, kun je er zeker van zijn dat die voor de koning bestemd waren. Op de koninklijke tafel werd bij het eerste service 145 schotels voorgezet, waaronder zo’n dertig met warm vlees en bij het tweede service nog eens 175.
Een stukje van de lijst: hartige taarten met patrijs, karpers en kreeften, kalkoenen, hazen en steur, piepkuikens en eenden, lamszadel en hammen, salade, asperges en champignons, zwezerik en mergtaart, geleien en blanc mangers. Custard en pistache crème, hanenkammen en hertentongen, warme duivenpastei en één koude met rivierkreeften, ansjovis en lamskloten en saucisse de Boulogne, kipfricassee en konijnragout, rundvlees en worstjes, eieren op verschillende wijze bereid, oesterragout en een hele zalm, koude kalfstong, kaastaart, gebraden patrijzen en fazanten, gemarineerde tong en warme oestertaart, erwtjes, artisjokken en spinazie, en dan bij de laatste gang ook nog amandeltaart, syllabub en een vierkante piramide met vruchten van het seizoen en allerhande zoetigheden.
Voor ons boek Oranje Toetjes maakte ik de pistache crème, een favoriet van stadhouder-koning Willem III en zijn vrouw Mary Stuart II. Daar stond het wel iedere dag op tafel. Het is niet zo moeilijk te maken. Je neemt groene pistaches en rietsuiker en pureert die met genoeg pistache- of amandelolie en warm water tot het stroperig is. Dan is het loodzwaar maar erg lekker. Wanneer je het niet te dun maakt kun je er ook koekjes of balletjes, zoals bij marsepein.
Er zijn moderne recepten die voor ons wat gemakkelijker in de mond en op de maag liggen. Zoals deze.
Bronnen:
At the Kings Table, Susanne Groom, 2013; Francis Sandford’s History of the Coronation., 1687, Oranje Toetjes.