Citroenschillen confijten
Van die oude kookboeken waarin je verdwaalt. Gewoon even iets opzoeken, maar je oog valt op iets heel anders. Zoals het confijten van citroenschillen. Ik ga op jacht naar biologische citroenen en aan de slag. Zoveel is duidelijk. Hier het18e-eeuwse recept een beetje hertaald:
Citroenschillen confijten
Je neemt gave citroenen en snijdt daar in sierlijke krullen de schil van af. De schillen doe je in een kom met water, die je iedere dag ververst. Dat houd je een dag of 6 tot 8 vol. Daarna kook je de schillen in vers water een beetje zacht en laat ze een beetje opdrogen. Je maakt een suikerstroop die zo nodig moet worden afgeschuimd. Dan kook je de schillen in de suikersiroop tot ze ‘goed’ zijn. Dan vis je ze uit de suikersiroop en doe je ze in een glazen pot. Laat de suiker inkoken tot een dikke siroop en giet die over de schillen. Sluit de pot goed af en zet hem in de kelder.
Overigens: het volgende recept gaat over het confijten van de resterende geschilde citroenen. In dunne plakjes snijden, in de suikersiroop koken, in een glazen pot doen en met droge suiker bestrooien. Goed afsluiten en in de kelder ermee.
Het is trouwens maar helemaal de vraag of de krulschil op het plaatje van een citroen is of gewoon een sinaasappel. Die waren vroeger nog niet allemaal zo knaloranje. En ik denk dat je sinaasappelschillen op dezelfde wijze kunt confijten. (wat ik van de spellingchecker steeds met een k moet schrijven, maar dat wil niet in de vingers raken)